‘We hebben de 20e augustus toch niets?’, vraagt mijn echtgenote. ‘Zullen we met de Midden-Delfland Vereniging meefietsen. Onder begeleiding rijden ze de route Kethel, Kandelaar en andere kernen.’ Een goed plan en zo schrijft mijn lief ons in voor deze rit.
We worden ingeloot.
De fietsen worden nog even aan de oplader gehangen, we weten niet hoe lang de rit gaat duren en dan zijn we er in ieder geval goed op voorbereid.
Het is verzamelen aan de Oostveenseweg nr 5 (in Schipluiden, red.).
Om even over half één rijden we richting De Kapel, een buurtschap in de Zouteveensepolder. Van daaruit linksaf naar de Oostveenseweg. We zijn niet de eersten. Na het betalen van de deelnamekosten is er thee en koffie. En wat lekkers, zelfgebakken.
Er zijn weinig bekenden. Mensen maken zich bekend en komen uit Maasland, Maassluis, Schipluiden, Den Hoorn, Delft en Ridderkerk. Een gemêleerd gezelschap. Maar meestal wat ouder, of wat je eronder verstaat. Een opa en oma hebben oppasdienst en hun twee kleinkinderen achterop de fiets. De groep bestaat uit 17 mensen, onder wie de twee voorfietsers Michel en Elly. Beiden hebben met Ceciel het boekje samengesteld dat verbonden is aan onze rit.
Na een kop thee of koffie gaat de rit beginnen. Een groepje van acht en één van negen. Fietsondersteund of zelftrappend.
Wij gaan op pad met Elly. Linksaf de Oostveenseweg af richting Kethel, waar de andere groep onder begeleiding van Michel rechtsaf slaat naar De Kandelaar.
Aangekomen in Kethel is er een stop bij de Jacobuskerk. Een katholieke kerk die noodgedwongen is gesticht na de Reformatie omdat de toenmalige katholieke kerk is ingenomen door o.a. de aanhangers van Maarten Luther en Johannes Calvijn. Een grasmaaiende vrijwilliger zwaait, zittend op een herrie makend voertuig, lacht wat, maar gaat onverstoorbaar verder met zijn werk terwijl er uitleg is.
We stappen opnieuw op om te vertrekken naar hartje Kethel. De stop is bij de waterpomp tegenover ‘t Kethelhuys, een winkeltje met brocante artikelen, zeepjes, luchtjes e.d. De eigenaresse legt uit dat het winkeltje een voormalige herberg is geweest, genaamd De Vergulde Valk. We mogen even binnenkomen. Er vallen wat spetters.
We vervolgen de weg en rijden een stukje terug om bij het Jaap de Raatpad rechtsaf te slaan en even stil te staan bij de Windas: een buurtschap van een zestal huizen. Na een korte uitleg stappen we wederom op richting Schiedam, de stad van de jeneverstokerijen.
In Schiedam is het opletten. Auto’s, fietsen, brommers, het raast langs je heen. Het wordt even zoeken naar een plekje voor wat uitleg. We stoppen bij één van de 19 molens die Schiedam rijk was. Molens die mout maalden voor de jeneverstokerijen. Van hieruit rijden we het centrum in. Langs vervallen pakhuizen en bedrijven vervolgen we onze weg en fietsen over het terras van een restaurant en langs de Korenbeurs, die nu een bibliotheek is, en maken een stop bij het water tegenover het Zakkendragershuisje. Na enige uitleg rijden we door de stad richting de Schie en de stad uit. Hier komen we de andere groep tegen die in tegenovergestelde richting de route rijdt. We maken er even een foto met de totale groep. De helft van de route zit er op. Dan vervolgen we onze weg. We fietsen richting Overschie. Een passerend binnenvaartschip zorgt voor een korte stop voor de Hoge Brug in Overschie.
Als de brug weer op z’n plek ligt houden we midden op de brug even stil. Vanaf hier is het knooppunt van waterwegen goed te zien. De Delfshavense Schie, de Delftse Schie en de Schiedamse Schie komen hier bij elkaar. Recentelijk heeft men een bochtafsnijding gerealiseerd, waardoor de rechte bocht is verdwenen. We rijden Overschie uit om onderweg nog even te stoppen bij de vierde Schie, de Rotterdamse.
Dan gaan we richting Zweth. Onderweg staan we nog even stil bij het buurtschap De Tempel, in feite een monumentaal huis dat in het verleden zelfs een eigen burgemeester heeft gehad. Een prachtig aangelegd park is een mooie bezienswaardigheid. We laten het voor wat het is en rijden verder.
Wanneer we aankomen bij de Rotterdamse kant van Zweth zien we aan de ene kant van de brug een bordje Zweth om dan de gemeentegrens van Midden-Delfland te passeren. Hier krijgt hetzelfde buurtschap ineens het lidwoord ‘De’ voor Zweth. Rijdend langs het restaurant Aan de Zweth moeten we aan de overzijde van de Schie zien te komen. We maken dan ook de klim de Kandelaarbrug op. We treffen het de brug is open, de bomen gesloten. Hier ontstaat enige discussie over wat open is en wat dicht. Het vrachtschip met stenen uit Werkendam dat ons eerder liet wachten in Overschie zorgt wederom voor een korte stop.
Als de brug weer gesloten of open is slaan we linksaf richting De Kandelaar, een volgend buurtschap. We schieten tussen twee huizen door om even aan de Schie te kijken. Het jaagpad is nog intact. De gevelsteen aan het huis vertegenwoordigd de herinnering aan een herberg. Een klein stukje verder stoppen we bij de keersluis. Tenminste de voormalige keersluis. Waar men vroeger vanuit de Schie de Poldervaart op kon varen, is het nu afgedamd.
Het wordt tijd om terug te gaan naar het startpunt. Door de polder raken we uiteindelijk op de Woudweg. Om vervolgens door de landerijen richting Oostveenseweg te rijden. We komen er als eerste aan, al is het geen wedstrijd.
Gemma, onze gastvrouw (namens de werkgroep Ledenactiviteiten, red.), heeft inmiddels wat hartigs en te knabbelen op tafel gezet. Nog even een drankje, een hapje en een praatje en dan is deze activiteit voorbij.
Een leuke vrijdagmiddag, wat wind, wat druppels van regen, maar bovenal een leuke rit, die zeker de moeite waard is om te fietsen. Dank Midden-Delfland Vereniging dat we mee mochten fietsen. Dank organisatoren en voorfietsers. Dank aan de gastvrijheid van Gemma.’
P.S. Van de rit bestaat een handzaam fietsboekje (incl. kaart met fietsknooppunten) dat gratis is te bestellen via de webshop of het secretariaat van de Midden-Delfland Vereniging.
Bijdrage en foto: Aad van Meurs resp. Hessel van Walderveen